Chloraten

Deze tekst is bedoeld voor professionelen. Het is mogelijk dat je niet alle gebruikte termen begrijpt.

Chloraten werden hoofdzakelijk aangewend in herbiciden. Bij intoxicatie kan een ernstige methemoglobinemie ontstaan. De ernst van de symptomen hangt af van het percentage methemoglobine. De belangrijkste symptomen zijn cyanose, dyspnee, bewustzijnsverlies en convulsies. De behandeling is louter symptomatisch. Methyleenblauw werkt niet voor deze intoxicatie. 

Inleiding

Natriumchloraat werd vooral gebruikt als herbicide, waarbij de concentratie van het chloraat meestal tussen de 60 en 90 % lag. Deze producten zijn vanaf 2009 niet meer op de markt, maar hier en daar zijn er misschien nog oude voorraden.

Kaliumchloraat was vroeger een ingrediënt van sommige mondspoelmiddelen.

Chloraten (natrium en kalium) worden ook nog gebruikt bij het maken van kleurstoffen, explosieven en lucifers.

Toxiciteit:

De toxiciteit is relatief laag, maar de smaak is aangenaam, zodat er soms veel van gegeten wordt.

Letale dosis (mg/kg)

  • Rund            1000
  • Schaap         2000
  • Paard            500
  • Hond             1200
  • Hond             300 gedurende 5 dagen
  • Vogels           5000

Lucifers bevatten ongeveer 15 mg kaliumchloraat. Een 20-tal lucifers geven dus geen enkel probleem.

Werking:

Chloraten zijn sterke oxidanten en geven daardoor hematologische problemen. De drie voornaamste afwijkingen die ze bij erytrocyten veroorzaken zijn:

  • Denaturatie van hemoglobine.
  • Beschadiging van de celmembraan.
  • Oxidatie van hemoglobine.

De eerste twee reacties geven aanleiding tot een hemolyse. De gevolgen hiervan zijn ernstiger dan deze van de derde reactie, die de methemoglobinemie geeft.

Symptomen:

  • Eerst een latente periode van 1 à 2 uur met evt. wat bleke slijmvliezen.
  • Braken en diarree.
  • Daarna een ernstige CYANOSE met hypotensie, bewustzijnsverlies, respiratoire insufficiëntie.
  • Ernstige METHEMOGLOBINEMIE.
  • Hemolyse, hyperkaliëmie, hemoglobinurie, nierinsufficiëntie en icterus.
  • Hartritmestoornissen.
  • Coma, convulsies.
  • Zonder therapie is er een snel overlijden.

De urine is zwartgekleurd en het bloed heeft een chocoladekleur.

Casus:

Hond, poedel van 3 jaar.

Eigenaar gaat met hond naar veearts omdat de hond hevig braakt (bruine kleur).

3 uur later: coma, hypothermie, bleke slijmvliezen, lichte cyanose, bloed heeft chocoladekleur.

Na korte tijd een ernstige cyanose met overlijden.

Kinetiek:

  • Oraal: snelle absorptie.
  • Huid: niet gekend.
  • Luchtwegen: niet gekend.
  • Ogen: 3 - 5 % KClO3-oplossing werd vroeger gebruikt in de oftalmologie zonder problemen. Het aanbrengen van KClO3-poeder op de conjunctiva van de mens en op de cornea van konijnen gaf geen letsels.

De uitscheiding verloopt traag via de nier in een ongewijzigde vorm.

Laboratorium:

  • Hemato (+ methemoglobine).
  • Nierfunctie.
  • Electrolyten.

Diagnose:

  • Cyanose.
  • Niet verbeterend met zuurstoftoediening.
  • Bloed heeft chocoladekleur.
  • Gestegen methemoglobinemie.

Therapie:

  • Maagspoeling.
  • Zuurstof.
  • Zorg voor voldoende diurese (om de nier tegen de hemoglobinurie te beschermen) eventueel mannitol of furosemide.
  • Exsanguinotransfusie. Kan vroegtijdig gebruikt worden bij een massale inname.
  • Hemodialyse bij duidelijke nierinsufficiëntie.

Niet effectief:

  • Actieve kool.
  • Methyleenblauw (het chloraat remt ook de enzymen, nodig voor de reductie van het methemoglobine).
  • Natriumthiosulfaat (de hypothese is dat het chloraat naar chloride reduceert, maar in vitro werkt het niet).

Literatuur

  1. Poisindex, Micromedex Healthcare Series, 2013.
  2. Lorgue G., Lechenet J. et Rivière A., Prècis de Toxicologie clinique vétérinaire, 1987.
  3. Steffen C., Wetzel E., Chlorate poisoning: mechanism of toxicity. Toxicology 1993;84: 217-231.
  4. Bradberry S.M., Occupational Methaemoglobinaemia. Toxicol Rev 2003; 22(1):13-27.
  5. Goldfrank L.R. ea., Goldfrank’s Toxicologic Emergencies, 2002.
  6. Timperman J., Maes R., Suicidal poisoning by sodium chlorate. Journal of Forensic Medicine 1966; 13(4):123-129.
  7. Grant W.M., Schuman J.S., Toxicology of the Eye, 3th ed, Charles C Thomas, Springfield, IL, 1986.
  8. Peterson M.E., Talcott P.A., Small Animal Toxicology, 2nd ed, WB Saunders Company, 2006.
  9. 2008/865/EG: Beschikking van de Commissie van 10 november 2008 betreffende de niet-opneming van chloraat in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stof bevatten