Een beet van een adder betekent niet noodzakelijk een injectie van gif. Een droge beet is zichtbaar, maar geeft geen lokale reactie. Een infectie is wel mogelijk.
Veel adderbeten geven enkel lokale symptomen.
De symptomen treden meestal een half uur tot enkele uren na de beet op. De meest voorkomende zijn: (intense) pijn ter hoogte van de wonde, zwelling van het gebeten lichaamsdeel, misselijkheid, braken, buikpijn, verhoogde hartslag. Afhankelijk van de ernst van de beet zijn er ook andere symptomen mogelijk.
In ernstige gevallen gaat het oedeem verder dan de gebeten ledemaat en kunnen shock en bloeding optreden.
Blijf vooral kalm. Je hebt voldoende tijd om het slachtoffer naar het ziekenhuis te brengen. Meestal geven adderbeten enkel lokale symptomen. Algemene vergiftigingsverschijnselen komen in minder dan de helft van de gevallen voor.
In afwachting kan je de eerste zorgen toedienen:
De behandeling zal eerst en vooral symptomatisch zijn: pijnstillers (geen aspirine!), vaccinatie en/of immunisatie tegen tetanus en observatie gedurende minstens 6 uur.
Een specifiek tegengif zal toegediend worden als er tekens optreden van vergiftiging: uitgebreide zwelling, braken, buikpijn, diarree en daling van de bloeddruk. Toedienen van een tegengif is niet altijd nodig.
De adder beschikt over giftanden die het gif diep injecteren, om zo de prooi te immobiliseren.
Het gif is een complex cocktail van eiwitten met enzymatische en toxische eigenschappen. De aanwezigheid van proteolytische enzymen zorgt voor de pijnlijke beet en veroorzaakt weefselschade en stollingsstoornissen.
Hyaluronidase vergemakkelijkt de verspreiding van het gif in het onderhuidse weefsel. De injectie van gif in het lichaam veroorzaakt ook het vrijkomen van histamine, bradykinine, prostaglandinen en serotonine, verantwoordelijk voor systemische effecten.
De ernst van de symptomen hangt af van de hoeveelheid gif dat geïnjecteerd werd.
Kinderen zijn kwetsbaarder: in verhouding tot het gewicht van een kind ligt de hoeveelheid gif hoger dan bij een volwassene.
Heel wat beten gebeuren zonder gifinjectie (blanco of droge beten).
Gedurende de laatste jaren werden in België geen overlijdens door adderbeten gerapporteerd.
Een wetenschappelijke kijk op adderbeten vind je in het volgend artikel: Vipera berus.
De gewone adder (Vipera berus) is de enige giftige slang die in België in de natuur voorkomt. Adderbeten zijn dan ook eerder zeldzaam in ons land.
De gewone adder is zeldzaam in België. Hij komt alleen voor in het stroomgebied van de Boven-Maas en de Antwerpse Kempen. Hij is zowel ’s nachts als overdag actief, afhankelijk van de weersomstandigheden.
Een adder is een schuw dier en zal de mens niet snel aanvallen. Enkel als hij zich in het nauw gedreven voelt, zal hij toeslaan. Veel confrontaties zijn het gevolg van pech, zoals op een slang gaan staan of bij het plukken van bessen en vruchten in de struiken. De meeste beten vinden plaats in handen en voeten en zijn het resultaat van pogingen om de adder vast te pakken. Een simpele preventietip is dan ook dat je best geen slangen tracht te vangen!
De adder wordt vaak verward met de twee andere (en onschuldige) inheemse slangensoorten: de ringslang (Natrix natrix) en de gladde slang (Coronella austriaca).