Het serotoninesyndroom
Het serotoninesyndroom is een potentieel lethale medicamenteuze nevenwerking die het gevolg is van excessieve centrale en perifere serotonineactiviteit. Het komt zowel voor bij therapeutische dosissen als in het geval van een overdosis, maar gewoonlijk is het gevolg van een interactie van meer dan één pro-serotoninerg agens.
Therapeutische vergissingen: ervaring van het Antigifcentrum
Jaarlijks ontvangt het Antigifcentrum ongeveer 55.000 oproepen, d.w.z. een 150-tal oproepen per dag. Bij bijna 84% van deze oproepen gaat het om een reële blootstelling aan een product (zogenaamde “klassieke oproepen”). In 44% van deze gevallen met een slachtoffer betreft het een blootstelling aan een medicament. In één derde van deze gevallen is er sprake van een therapeutische vergissing. Dat betekent een 20-tal oproepen per dag. Het gaat dan meestal om overdosering of het gebruik van een verkeerd product. Regelmatige evaluatie van deze ongevallen is belangrijk om eventuele problemen met een geneesmiddel op het spoor te komen.
Nieuwe orale anticoagulantia (NOAC = non-vitamin K antagonist oral anti-coagulants)
Met deze nieuwe groep van orale anticoagulantia zijn er tot nu toe weinig problemen, tenminste bij éénmalige grote innamen bij patiënten die niet in behandeling zijn. Bloedingen ziet men vooral bij chronische innamen of bij overdoseringen, bij patiënten in behandeling. Er zijn momenteel nog geen antidota op de markt, maar voor Dabigatran werd sinds april 2016 wel een antidoot beschikbaar gemaakt voor alle ziekenhuizen.
Behandeling van paracetamol-intoxicaties
Bij een overdosering van paracetamol raken de twee belangrijkste omzettingsroutes in de lever (glucuronidering en sulfatering), die normaal voor het grootste deel van het metabolisme van paracetamol instaan, verzadigd.
Loodintoxicatie
Bij vermoeden van een loodintoxicatie zijn er 2 essentiële stappen: het stellen van de diagnose en het achterhalen van de oorzaak van de intoxicatie. De behandeling is in functie van de plombemie.
Vergiftiging door muizen- of rattenvergif op basis van anticoagulantia
De meeste producten om muizen en ratten te bestrijden zijn gemaakt op basis van anticoagulantia. Naast de anticoagulantia zijn er soms nog een aantal andere (meestal oudere) producten in gebruik. Neem in geval van twijfel contact op met het Antigifcentrum.
Vergiftiging door muizen- of rattenvergif op basis van alfa-chloralose
Hoewel veel ratten- en muizenvergiffen anticoagulantia bevatten, is er een stijgende trend naar het gebruik van alfa-chloralose in deze middelen. Alfa-chloralose werkt in op het centraal zenuwstelsel. De symptomen verschijnen snel na inname. In tegenstelling tot de anticoagulantia bestaat er geen specifiek antidota voor deze intoxicatie.
Knoopbatterijen
Een continue elektrische stroom kan ontstaan tussen de oppervlakte van de mucosa en de knoopbatterij. Hierdoor ontstaat lokale necrose. Om complicaties te voorkomen moet de knoopbatterij zo vlug mogelijk gelokaliseerd worden.
Individuele en collectieve blootstellingen aan chloordampen
Chloor is zeer reactief: het werkt oxiderend en corrosief. Inademen van chloordampen kan leiden tot bronchospasmen en inflammatie van de luchtwegen gaande tot een bronchoconstrictie.
De gewone adder (Vipera berus)
Bij meer dan 50% van de slachtoffers treden slechts lokale symptomen op na een beet. De behandeling is in eerste instantie symptomatisch. Het toedienen van antiserum is niet steeds noodzakelijk en is afhankelijk van de klinische toestand van de patiënt.
Botulisme
Botulisme is een zeldzaam voorkomend klinisch syndroom veroorzaakt door toxines afkomstig van het Clostridium Botulinum complex.
Cosmetovigilantie
Men vraagt gezondheidswerkers om alle ongewenste effecten die het gevolg zijn van cosmeticagebruik te melden.
Online melding van ongewenste effecten aan het Centrum voor Geneesmiddelenbewaking.
De spontane meldingen van vermoedelijke ongewenste effecten door mensen werkzaam in de gezondheidssector vormen een belangrijke bron van informatie i.v.m. de veiligheid van geneesmiddelen.
Algemene aanpak bij behandeling van acute intoxicaties
De behandeling van de meeste intoxicaties is louter symptomatisch. In uitzonderlijke gevallen is het toedienen van specifieke antidota aangewezen.
Behandeling van acute intoxicaties en antidota
De behandeling van de meeste intoxicaties is louter symptomatisch. Wanneer een antidoot bestaat zal het gebruik ervan zelden essentieel zijn voor de behandeling en eerder een partiële rol spelen. Overzicht van de acute intoxicaties waarbij een specifieke behandeling met antidota nuttig kan zijn.
Intraveneuze lipidenemulsie (IVLE) (Intralipid 20 %)
IVLE kan overwogen worden niet alleen bij levensbedreigende intoxicaties met lokale anesthetica, maar ook bij cardiotoxicicteit met andere lipofiele stoffen, die niet reageren op een standaardbehandeling.
E-sigaretten en e-liquids
In dit artikel worden de mogelijke gevaren van de vloeibare (na)vullingen (e-liquids, e-vloeistoffen of e-juice) die nicotine bevatten besproken.