Wat aangeven en aan welke instantie?

Om dringende oproepen voor blootstelling aan een product snel en efficiënt te beantwoorden, moet het Antigifcentrum beschikken over de juiste samenstelling van alle commerciële producten. Er bestaan wettelijke verplichtingen over de aangifte aan het Antigifcentrum van gevaarlijke mengsels, met betrekking tot gezondheidsrisico's en fysische gevaren, en biociden. Mengsels die alleen gevaarlijk zijn voor het leefmilieu moeten niet worden aangegeven aan het Antigifcentrum. De samenstellingen van cosmetica worden Europees gecentraliseerd en moeten niet worden aangegeven aan het Antigifcentrum. Ook pesticiden voor landbouwkundig gebruik moeten niet worden aangegeven aan het Antigifcentrum, maar wel aan de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu.
Het risico op een ongeval wordt groter naarmate een product vaker wordt gebruikt. Het is dan ook belangrijk om ook de samenstelling van producten die niet onder de strikte wetgeving van gevaarlijke mengsels vallen, ook door te geven aan het Antigifcentrum. 
Het Antigifcentrum bewaart de samenstellingen, meegedeeld door de industrie, strikt vertrouwelijk. Het team waardeert je inspanning en dankt je op voorhand voor de vlotte samenwerking. 

I.  AANGIFTES AAN HET ANTIGIFCENTRUM

a. Wettelijk verplichte aangiftes

  • Gevaarlijke mengsels:

    Artikel 2 van het Koninklijk Besluit van 21 april 2016, verschenen in het Belgisch Staatsblad op 9 mei 2016§ 1. Ten laatste achtenveertig uren voor het in de handel brengen van een mengsel ingedeeld als gevaarlijk op basis van verordening (EG) nr. 1272/2008 wegens zijn gevolgen voor de gezondheid of zijn fysische effecten maakt de importeur of downstreamgebruiker verantwoordelijke voor het in de handel brengen ervan de gegevens bedoeld in paragraaf 2 over aan het Nationaal centrum ter voorkoming en behandeling van intoxicaties.
      § 2. De gegevens die moeten worden overgemaakt volgens paragraaf 1 zijn de volgende : de volledige scheikundige samenstelling van het mengsel, het veiligheidsinformatieblad in de zin van artikel 31 van de REACH verordening en alle informatie die nodig is voor de uitvoering van de taak van hogergenoemd centrum.

    De garantie van de vertrouwelijkheid van deze informatie wordt beschreven onderaan in artikel 4 van hetzelfde KB.

  • Biociden:

    Artikel 32 van het Koninklijk Besluit van 4 april 2019, verschenen in het Belgisch staatsblad op 23 april 2019Ten laatste achtenveertig uren voor hij een biocide in de handel brengt, doet de fabrikant of de voor het in de handel brengen verantwoordelijke persoon de kennisgeving opgelegd door artikel 2 van het koninklijk besluit van 21 april 2016 inzake kennisgeving van mengsels die als gevaarlijk worden ingedeeld wegens hun gevolgen voor de gezondheid of hun fysische effecten aan het Nationaal centrum ter voorkoming en behandeling van intoxicaties en tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 november 2011 tot vaststelling van de retributies en bijdragen verschuldigd aan het Begrotingsfonds voor de grondstoffen en de producten.

b. Vrijwillige aangiftes

  • Mengsels gevaarlijk voor het leefmilieu & Niet-ingedeelde mengsels (niet-gevaarlijke mengsels)

    Indien je het nummer van het Centrum op het etiket/veiligheidsinformatieblad vermeldt, moet de samenstelling van je mengsels aangegeven zijn bij het Antigifcentrum. 

II.  AANGIFTES AAN ANDERE INSTANTIES

  • Gewasbeschermingsmiddelen:

    Het Koninklijk Besluit van 28 februari 1994, verschenen op 11 mei 1994, betreffende het behoud, het in de handel brengen en het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen (
    geconsolideerde versie van het Belgisch Staatsblad). In België is het op de markt brengen van pesticiden voor landbouwkundig gebruik onderworpen aan de goedkeuring van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu.