Aardolie petroleum of ruwe olie is een fossiele vloeistof ontstaan uit organische resten van miljoenen jaren geleden. Aardolie bestaat hoofdzakelijk uit koolwaterstofmolecules (enkel gevormd door koolstof en waterstof) en enkele andere moleculen, o.a. zuurstof, stikstof en zwavel.
Door de petroleumindustrie wordt de ruwe aardolie door distillatie gescheiden in verschillende fracties:
Benzine bestaat uit de lichtere fractie van de distillatie en bevat koolwaterstofketens van 4 tot 12 koolstofatomen (C4 tot C12), is zeer vluchtig, heeft een lage viscositeit en heeft een laag kookpunt.
Kerosine is de middenfractie van de distillatie en bestaat uit koolwaterstoffen met een lengte van C12 tot C16. Kerosine wordt ook wel petroleum genoemd, omdat het in de eerste decennia van de aardolie-industrie het meest gebruikte aardolieproduct was. Tegenwoordig wordt het vooral gebruikt in verplaatsbare petroleumkachels. Het is ook de brandstof voor de meeste vliegtuigen.
Stookolie is de zwaardere fractie van de distillatie. Men onderscheidt:
Biodiesel is geen fossiele brandstof, maar geheel of gedeeltelijk gemaakt van plantaardige olie of dierlijk vet. Deze wordt als CO2 neutraal beschouwd, omdat bij de verbranding alleen die hoeveelheid CO2 vrij komt die de planten of dieren tijdens hun leven hebben opgenomen.
In België wordt 44 % van de ruwe olie omgezet in diesel en stookolie, 18 % in residuele stookolie, 10 % in autobenzine, 6 % in vliegtuigbrandstoffen en 22 % in andere producten o.a. nafta, bitumen en vloeibare gassen (bron: http://www.petrolfed.be).
De bio-ethanol wordt hoofdzakelijk gewonnen uit maïs en suikerriet, door de vergisting van de suikers in deze gewassen. Ethanol of ethylalcohol is opgebouwd uit slechts twee koolstofatomen. Het is zeer vluchtig en zeer brandbaar. Het is dezelfde alcohol als die men vindt in alcoholische dranken, ontsmettingsalcohol en bepaalde reinigingsproducten.
In landen als Brazilië, waar veel bio-ethanol geproduceerd wordt, rijdt een groot deel van het wagenpark op bio-ethanol. In België is het gebruik in voertuigen beperkt en wordt bio-ethanol als brandstof hoofdzakelijk gebruikt in decoratieve haarden.